‘Maatregelen nodig voor behoud psychiaters in loondienst in ggz-instellingen’
Psychiaters in loondienst in ggz-instellingen kiezen of overwegen te kiezen voor interim werk om te ontkomen aan onaangename werkomstandigheden. Dat concluderen de Nederlandse Vereniging voor Psychiatrie (NVvP) en de Landelijke vereniging van Artsen in Dienstverband (LAD) op basis van onafhankelijk onderzoek. De twee organisaties vinden deze ontwikkeling nadelig voor de continuïteit en kwaliteit van zorg. Ze roepen daarom op tot maatregelen om werken in loondienst in ggz-instellingen aantrekkelijk te maken en houden, door meer inspraak van de psychiater, goede werkomstandigheden en het terugdringen van werk- en regeldruk.
Of ze nu in loondienst werken of niet; psychiaters houden doorgaans van hun vak. Een hoge werkdruk, administratieve lasten, een diffuus takenpakket en vele overlegcircuits, maken het werken in een ggz-instelling de laatste jaren echter minder aantrekkelijk. Ook het gebrek aan de mogelijkheid tot professionele ontwikkeling, waardering en invloed op het beleid/management spelen daarin een rol. Meer psychiaters kiezen voor interim werk om te ontkomen aan deze ‘lasten’. Naar schatting werkt momenteel 10 à 15% van de psychiaters in ggz-instellingen als interim. Van de 250 ondervraagde psychiaters in loondienst in ggz-instellingen overweegt 30% in de toekomst geheel of gedeeltelijk interim te gaan werken. Belangrijke redenen daarvoor zijn meer vrijheid en onafhankelijkheid, meer inkomsten, passendere werkinhoud en diensten, en meer grip op de agenda.
Aanbevelingen
De werkdruk voor ‘achterblijvers’ wordt met meer interimfuncties hoger. Daarbij zet het een duurzame behandelrelatie met patiënten onder druk en stijgen de kosten. ‘Het is nodig om de werkomstandigheden in ggz-instellingen snel te verbeteren, als we niet willen dat nog meer psychiaters voor een interimfunctie kiezen’, zeggen de NVvP en LAD. Het onderzoek geeft daarvoor een aantal concrete aanbevelingen. Eén daarvan is meer inspraak van psychiaters in het beleid en de sturing van de inhoudelijke zorg. Dat kan door implementatie van een medische staf, wat in de ggz nog geen gemeengoed is. Andere aanbevelingen zijn een betere afbakening van de taken van de psychiater in loondienst in een ggz-instelling en het maken van concrete afspraken over werkdruk (meer administratieve en secretariële ondersteuning), diensten en persoonlijke ontwikkeling.
Wat doen de NVvP en LAD?
Ook op landelijk niveau is aanpak van de knelpunten nodig. De NVvP en LAD ontwikkelen activiteiten rond het vergroten van het werkplezier in ggz-instellingen, het ondersteunen van psychiaters in het oprichten van medische staven, het beschrijven van het profiel van de psychiater en het verminderen van administratieve lasten. Daarnaast worden de verschillende knelpunten aan de cao ggz-tafel en bij werkgevers binnen de ggz geagendeerd. De problematiek kaarten zij ook aan in Den Haag; deze week sturen de organisaties samen een brief naar de Tweede Kamer over de resultaten van het onderzoek, als input voor een Algemeen Overleg over de ggz-arbeidsmarktsituatie op 11 april.
De NVvP en LAD ontvangen de laatste jaren meer signalen over toegenomen uitstroom en uitval van psychiaters, het hoge aantal vacatures en de toename van psychiaters die als zelfstandige worden ingehuurd. Vanwege deze ontwikkelingen heeft dit onderzoek naar de aantrekkelijkheid van het werken in een ggz-instelling plaatsgevonden. Meer weten? Bekijk dan het volledige onderzoeksrapport.